We hadden ons hoofd bij de accountant. Het is tijd voor Eijsden-Margraten
om een nieuwe uit te zoeken en dat is een karweitje dat zorgvuldig moet
gebeuren. Dus lazen we offertes en luisterden naar presentaties en waren net na
al die gedane arbeid zover dat we konden bespreken welk bedrijf onze voorkeur
zou hebben, toen de deur openging en twee wasbleke mensen van PGE-M kwamen
vertellen dat Ron Thimister dood is. Er zijn berichten die te groot zijn, te
plotseling om te bevatten. Je brein kan zich gewoon niet voorstellen dat je
oren naar behoren functioneren. In je hoofd raast een oorverdovende stilte door
een wezenloos geraas. Het kan gewoon niet.
Ron was mijn eerste voorzitter in de politiek. In 2010 kwam
ik in de commissie inwonerszaken en kreeg hij mij op zijn dak. Vergaderingen
die hij leidde liepen zelden uit, mensen bleven doorgaans bij de les en als ze
dat niet deden wist hij hen op beleefde wijze terug op het pad te fluiten. Ik
dacht dat dat gewoon was, want ik had geen vergelijkingsmateriaal. In de loop
der jaren en behoorlijk wat voorzitters verder leerde ik dat Ron een hele goede
voorzitter was. Altijd goed voorbereid, altijd bewust van de procedurele kaders
waarbinnen zaken moesten wandelen en in staat om mensen zonder gezichtsverlies
binnen die kaders te houden. Zelfs mij.
Dat we politiek niet altijd op een lijn zaten, maakte niet
uit als hij voorzitter was. Binnen de raadsvergaderingen natuurlijk wel. ‘Jij bent
altijd overal tegen.’ zei hij me eens ‘Ik moet wel,’ antwoordde ik, ‘want jij
bent altijd overal voor.’ Ron steunde de coalitie soms op het hemeltergende af.
Beklaagde de oppositie zich over te beperkte informatie, dan was Ron de eerste
om dat te ontkennen. Lag er een stuk van een of andere wethouder, dan gaf Ron
dat geregeld zoveel complimenten dat ik de neiging kreeg met gummetjes te gaan
gooien. Maar een hekel aan hem kreeg ik daardoor nooit. Misschien kwam dat
doordat we buiten de vergaderingen napraatten en mekaar dan ook goedmoedig
plaagden met onze onenigheden. Daarnaast waren er ook onderwerpen waarop we
elkaar wel vonden, zoals onderwijs en jeugdzaken.
Vaker dan ons lief is krijgen we een bericht dat ons schokt,
iemand met kanker, iemand moet een zware operatie ondergaan, iemand pleegt zelfmoord
en naast ontzetting heb je dan nog andere gevoelens. Hoop, bijvoorbeeld, of
kwaadheid, of schuld. Bij Ron werd ik getroffen door het grote onherroepelijke
niets. Geen aankondiging, geen aanleiding, geen reden.
Integendeel, veel te jong, veel te nodig als vader en man en veel te betrokken bij zijn werk om al los te laten. Ron
had een heleboel redenen om te willen blijven en hij was dat ook van plan. Het leven is ongrijpbaar.