woensdag 18 oktober 2017

Geluk of geen geluk



Deze week brandde er licht in het oude schooltje in Gronsveld. Grappig vond ik dat, omdat ik nog maar twee dagen daarvoor tijdens een vergadering had gevraagd hoe de stand van zaken ermee was. Ik zag er nooit wat gebeuren. Het was alsof er een vinger werd opgestoken met de woorden: ‘wel een beetje opletten, dame!’

Nog elke dag als ik er langs rijd, ben ik blij dat het er staat. Het is ontsnapt aan de sloop doordat de Aldi niet daar, maar bij de autoweg is gekomen. Een bouwkundig oninteressant gebouwtje noemde iemand het, toen ik zei dat ik het toch wel heel jammer zou vinden als het tegen de vlakte ging. ‘Nee,’ weerlegde mijn D66-collega Boon, mijn leermeester in gebouwen, ‘een wederopbouwgebouw en daar hebben we er nog maar heel weinig van in deze omgeving.’ Dat maakte het wel degelijk de moeite waard om het te bewaren. Dat het er nog staat is meer geluk dan wijsheid, maar sinds kort prijkt het wel op de lijst van beeldbepalende panden die beschermd zijn. Noem dat nog maar eens een bouwkundig oninteressant gebouwtje.

Puur geluk, dat ik er nog langs kan rijden en mij tevreden voelen. En deze week brandde er dus licht, een teken dat het weer tot leven gaat komen en ik over niet al te lange tijd ook eens binnen kan lopen om nader kennis te maken. 

Er is in het Heuvelland nog een wederopbouwschoolgebouw, het ligt verscholen in het groen en aan de voorkant ervan is een lelijke jaren-70 doos gebouwd. Het ligt in een andere gemeente dan de onze, waar ik een wethouder sprak in de hoop in die voormalige school iets te kunnen beginnen met lezen en toerisme en geschiedenis. 'Het is ook geen bijzonder monumentaal pand of zo,' wierp hij tegen. 
1 februari 2018 wordt het gesloopt. Niet alle schooltjes hebben geluk.

vrijdag 6 oktober 2017

Gratis jongerenempathie

Gisteren had ik een paar keer een kind in de winkel, dat zich schaamde omdat het nog in groep twee zat, of dat in die groep was gebleven in het jaar dat het zes werd en dat nog steeds als falen ervoer. 

Nee, we zijn lekker bezig in Nederland met onze toetscultuur, onze plusklasjes, onze laat-ze-maar-doorgaan-want-we-kunnen-ze-in-groep...-niks-meer-leren scholing. En vreemd genoeg slaat een kind zelden een hogere groep over. Ze worden altijd uit hun kleuterontwikkeling gerukt, omdat ze al zo goed kunnen lezen of rekenen. Terwijl de kleutertijd juist zo belangrijk is voor de sociale en emotionele ontwikkeling, om nog maar te zwijgen over de motoriek en de fantasie. Maar ja die zijn niet zo testbaar, dus is het verleidelijk om ze te negeren. 

En nu hebben we dus bereikt dat kinderen die zich normaal ontwikkelen het gevoel hebben dat ze falen. Kinderen die, wat wij vroeger te laat jarig noemden, na 1 oktober (de teldatum) geboren zijn.  Die dus wat langer kleuterden. Kinderen die daardoor tijd leken te verliezen, maar die in hun latere leven vaak een stuk sterker in hun schoenen stonden dan de zogeheten jonge leerlingen. In ons systeem moet iedereen eigenlijk in april en mei geboren worden, even proeven aan groepje 'nul', na de zomervakantie rijp groep één in, een jaar later als stevige vijfjarige naar groep twee en dan in september het jaar daarna klaar voor het leeswerk in groep drie. Alle anderen moeten gepompt en gepusht worden. 

We kunnen nu nog niet overzien wat de gevolgen zijn van de huidige prestatiecultuur, maar ik maak me zorgen. Ik maak me zorgen over kinderen die op hun zestiende aan universitaire studies beginnen, over,  nauwelijks volwassen afgestudeerde artsen (om maar iets te noemen), over kinderen die op jonge leeftijd zichzelf al als mislukt zien en over jongeren die schrikbarend vaak toegeven aan het 'gewone' pubergevoel nutteloos en beter dood te zijn. 

En over volwassenen die succes afmeten aan cognitieve en economische resultaten en die zorg en empathie moeten regelen via beleid en wetten en die dat ook doen door bijvoorbeeld een burgerdienst voor jongeren te bedenken om meer empathie te kweken. Onbetaald natuurlijk want zorg en dienstbaarheid daar betaal je niet voor, stel je voor zeg. Nee in ons land bouwen we een maatschappij waar je alleen betaalt voor de bakstenen, het cement moet gratis geleverd worden. 

Als je dan toch wil bezuinigen op wat mensen bindt, dan stel ik voor om het onderwijs ruimte en lucht te geven zodat kinderen rustig tot volwassen mensen kunnen uitgroeien en ze beter met elkaar om leren gaan vanuit een intrinsieke sociale ontwikkeling. Het scheelt een heleboel dure wetten, subsidies en kunstmatige projecten. 

En betaal onderwijs en zorg fatsoenlijk, zoals het hoort.

maandag 2 oktober 2017

Op de trom of toch maar niet?

‘Moet jij niet ook eens op gaan schrijven wat je allemaal bereikt hebt?’, vraagt een dorpsgenote, nadat er alweer een stukje politieke borstklopperij in het plaatselijke blaadje heeft gestaan. Heb ik iets bereikt? Heb ik iets concreets bereikt, dat voor een grotere groep interessant is dan voor de mensen die het rechtstreeks betreft? En als dat zo is, zit men dan op mijn politieke oerkreet te wachten?
Wat ik doe? Peuteren aan de Trambaanfietsroute, attenderen op ook de kleine dingetjes die het landschap verpesten, voorzichtig wijzen op de manier waarop we ouderen met de beste bedoelingen de afhankelijkheid in koesteren, venijnig schoppen tegen plannetjes die al maar meer druk op het onderwijs leggen, sleutelen aan de samenwerking met burgers, dat soort dingen. Het zijn geen grote heldendaden waar de burger acuut blij van wordt. Daar zet je jezelf niet mee op een voetstuk. Toch is dat waar ik het best in thuis in ben: krabbelen, aaien, knagen, masseren, bijten, fluisteren en zo nu en dan eens venijnig knijpen. En een heel enkele keer gillend kwaad, niet mijn beste momenten. Laat met dat arsenaal aan gereedschappen maar eens zien wat je bereikt hebt en bewijs maar eens dat wat er is, uit jouw koker komt.  En toch, de politieke omgeving in Eijsden-Margraten voelt anders dan toen ik drie jaar geleden begon. Sterker doordat ze kwetsbaarder durft te zijn. Is dat mijn verbeelding? Is het mijn verdienste? Of is het de Tijdgeest? Hoe dan ook, het bevalt me.
Wellicht wordt van mij verwacht, dat ik richting komende verkiezingen op de trom ga slaan. Ik oefen, maar het klinkt nog nergens naar. Bovendien heb ik niet het gevoel dat ik boven het schaamteloze geroffel van anderen uit kan komen. Weet je wat, ik doe het gewoon niet. Wat zal ik me anders voordoen dan ik ben?