vrijdag 28 augustus 2015

Op de fiets

Geen nieuws natuurlijk, maar misschien toch iets om even in gedachte houden voor als je ouders bevriend probeert te houden met een bus om kinderen drie kilometer verderop naar school te brengen. Jong afgeleerd is later ook niet veel gewend. Al moet ik toegeven dat mijn zoon door ons naar de basisschool werd gebracht en zonder problemen vanaf de brugklas zelf fietste.  Maar ja, hij zat toen hij de jaren des fiets bereikte in Maastricht op de school wat ik toch wat ver vind voor een kind van tien. En sommige kinderen fietsen zelfs nog jonger alleen naar school, ook berg op.
In Noorbeek moet je dan wel aan de slimme kant het dorp uitfietsen. Voor de terugweg heb je een keuze. Ik kies altijd de steilste, ook omdat ik weet dat ik daarna weer de Brigidastraat, de Vroelenstraat, of de Twaalfde septemberlaan op moet en dat is zonder 'motor' (die ik wel heb, maar kinderen meestal niet) kiezen tussen drie soorten hel.

woensdag 26 augustus 2015

We kunnen iets winnen? Of niet? Meedoen? En hoe dan?

Ik kan kiezen of ik iets preventiefs bedenk om zware zorg te voorkomen, of dat ik met ideeën kom om mensen 'in hun kracht' te zetten.
Nee ik vergis me, er zijn eigenlijk vijf categorieën:
  • Hoe trommel je de omgeving op om iets te doen, 
  • Hoe leer je onmachtige ouders hoe ze een kind op moeten voeden,
  • Hoe verbeter je de opvoedkwaliteiten en educatieve vermogens van mensen die er godbetert voor zijn opgeleid? 
  • Hoe krijg je het voor elkaar dat vrijwilligers en de professionele zorg beter samenwerken 
  • Hoe maak je reclame voor wat er al is voor kinderen die het moeilijker hebben?
En dan win ik subsidie, of een beleidsregel, of... nou ja iets voor de jeugd, geloof ik.

En iedereen mag meedoen.

Tot 30 september

Ik denk dat ze al waanzinnig veel goede ideeën binnen hebben.
Zelfs al word je gewaarschuwd voor meedoen en kun je ook niks winnen. Of toch?


zaterdag 22 augustus 2015

Vliegtuigen



Het geluid valt me eigenlijk mee. Het vliegtuig boven de tuin van een vriendin in Maastricht lijkt zo dichtbij dat ik de neiging heb te zwaaien. De tweede, tien minuten later, vliegt iets hoger maar produceert meer lawaai. De derde weer een minuut of twintig later is kleiner, vliegt ongeveer gelijke hoogte als de tweede en produceert net als de eerste enigszins verdraagbaar lawaai. Je hoeft er in elk geval je gesprek niet voor te onderbreken. 
‘’s Nachts is dat wel anders,’ vertelt S, ‘dan komen ze soms zo laag over dat het lijkt alsof ze zo een stuk schoorsteen meenemen.’

‘Dien je wel eens een klacht in?’ vraag ik. Dat doet ze niet en ze heeft de indruk dat niemand in hun omgeving dat doet. Ze heeft er in elk geval nooit iemand over gehoord. Hoeveel mensen die last hebben zou je op moeten tellen bij één persoon die klaagt? Daar zijn vast rekenwijzen op losgelaten. Ik kan me althans niet voorstellen dat het onbekend is.

vliegtuig boven Eijsden
Ergens hoorde ik dat het belangrijk is om iedere keer bij overlast een klacht in te dienen, want alleen op ingediende klachten kan gestuurd worden. Eigenlijk vreemd als statistisch vaststaat hoe zwaar een klacht werkelijk weegt. Je verlegt als verantwoordelijke de schuld van de overlast als het ware naar de mensen die níet klagen.

Maandag 7 september is er weer een voorlichtingsavond gepland over de voortgang van wat er ondernomen wordt tegen de vliegtuigoverlast in Eijsden en omgeving. Na gisteravond denk ik dat daar niet alleen onze burgemeester moet zijn, maar dus ook die van Maastricht. Mij lukt het helaas niet die avond vrij te maken. Jammer, maar ik laat me naderhand graag bijpraten. 

zaterdag 15 augustus 2015

En de gemeente kan meer zijn dan een zak geld

Uit de bus die vandaag voor de winkel stopt, worden stoelen getild en tafels en nog meer stoelen en dan rijden de auto's nog eens voor, nog meer stoelen en ook nog wat tafels. Ik kan mijn nieuwsgierigheid niet meer bedwingen. Coronation Streetwise ga ik in de deuropening staan en vraag met mijn hoofd om het hoekje of we nieuwe buren krijgen.
Er maakt zich een een forse man los uit het bedrijvige groepje, die zich naar mij toe haast.

In het buurpand konden tot ruim een jaar geleden daklozen overdag terecht voor een kopje koffie en een praatje. Tot vandaag gebeurde er niet meer zoveel, behalve dat er zo nu en dan iemand op kantoor moest zijn.

De man, gekleed in een reusachtig T-shirt dat toch nog te warm blijkt voor het sjouwwerk in deze klamme temperaturen, vertelt mij vol enthousiasme over zijn plannen.

Ja, er komt wat. Het is een plan voor alle mensen van Maastricht, een plek waar je terecht kunt om wat te kletsen, maar ook voor hulp als je iets moet weten of zoekt. Mensen die elkaar ondersteunen en verder helpen. Niet alleen mensen die zorg nodig hebben, maar ook ondernemers, kunstenaars, mensen die werken, alle mensen. En hij wil ook een netwerk van vrijwilligers bij elkaar zoeken opdat mantelzorgers hun zorgbehoevende bij hen goed verzorgd achter kunnen laten zodat ze zelf even de markt op kunnen of de stad in.
Zijn gedrevenheid is hartverwarmend.

'Hoe ga je het financieren?' vraag ik. Tja, Het pand is van het Leger des Heils en dat blijft zo, maar de rest daar moeten ze nu fondsen voor gaan werven. 'Heb je ook iets bedacht waardoor er hier wat geld in het laatje komt? Iets waar mensen voor moeten betalen?'
'Koffie of zo', mompel ik erachteraan, omdat dat het eerste is wat in me opkomt.
Hij kijkt me enigszins geschokt aan.
Betalen voor de koffie? Nee, dat kan niet als de mensen hierheen komen voor hulp. Hij heeft gelijk, betalen voor de koffie is een slecht idee in dit geval.

'En de gemeente?' wil ik heel graag weten 'Hoe reageren die op dit plan?' Hij heeft al met (ben de naam even kwijt) gepraat en, hij zucht, daar hopen ze ook subsidie van te krijgen. Het is voor de gemeente immers belangrijk met die participatieplannen...

'En het is voor iedereen' onderstreept hij nog eens, 'voor jong en oud'
'Misschien moet je contact zoeken met de universiteit' zeg ik, 'studenten die...'
Ik weet niet goed hoe ik het moet voorstellen zonder bemoeizuchtig te lijken en de indruk te wekken dat ik het allemaal beter weet.
Hij knikt ijverig, ja dat zijn ze van plan
Ik denk aan de houten caféstoelen die ik naar binnen zag dragen. 'misschien ook de kunstacademie,' stel ik toch maar voor 'dat je die studenten vraagt om het hier wat in te richten?'
'Maar we hebben al geverfd' reageert hij verheugd, 'hier in het gangetje met kleuren en zo om het wat aan te kleden.'

En de naam, heb je al een naam? Iets gezelligs? Nee, die hebben ze nog niet. Misschien kun
je de mensen daarover mee laten denken, opper ik terwijl we allebei weer enigszins richting onze werkzaamheden bewegen.
Dat is geen goed idee, 'Nee, dat moet je niet doen, dan krijg je allemaal van die gekke namen als je de mensen laat meedenken' hoor ik een van zijn helpers, die hem komt halen, zeggen. Burgerparticipatie is blijkbaar niet alleen een spookbeeld voor politici, besef ik, terwijl ik me weer met mijn klanten ga bezighouden.

Als ik na sluitingstijd mijn bus voor hun deur parkeer om wat dingen in te laden bedenk ik weer dat hij een bedrijfsplan nodig heeft. Als de gemeente dat eens deed, meedenken met dit soort bevlogen vrijwilligers om een soort zelfbedruipende hoeskamer op te zetten, waar je ook voor diensten komt die je wat waard zijn en waar je wel voor wil betalen. Een kennisnetwerk creëren waarbij je voor dit soort initiatieven de juiste mensen bij elkaar brengt. Het bestaat niet. Ik dacht dat het bestond toen ik van podium24 hoorde, maar nee hoor, het bestaat niet. Jammer.

Het zal een heel karwei worden om dit plan te laten slagen en ik hoop echt dat het hem lukt. Ook professioneel advies wordt best wel vrijwillig gegeven als dat een goed doel dient.

Maar hij moet om te beginnen de deur eens verven, zie ik als ik weer in mijn bus klim, die ziet er niet uit.

Coronation street📺

vrijdag 14 augustus 2015

Meer dan brood alleen

Dat in Frankrijk ieder dorpje minstens één bakker heeft, komt door de houdbaarheid van de Baguette en de smaakpapillen van de Fransen. Stokbrood eet je versgebakken en de Fransman kent geen maaltijd zonder, dus loopt-ie iedere dag even brood halen bij het zaakje op de hoek.

Wanneer je zo vaak bij dat bakkertje komt, ben je er  bekend, bij de bakker, maar ook bij andere klanten die er komen. 'Nog last van uw been, mevrouw de Vries? Wat zit uw haar mooi vandaag! Is uw dochtertje weer wat opgeknapt? Proficiat met uw zoon, hij had zulke goede punten, hoorde ik. Terug van vakantie! Was het leuk?' Enfin, het houdt je een beetje mens. Je gaat er niet heen om je sociale netwerk op te bouwen, te verstevigen of te bewijzen, maar voor een dagelijkse behoefte: je brood.

Johan van de Beek schreef deze week in een column over een tante van in de tachtig,die haar boodschappen verdeelde over de dag. Dat gaf haar een reden om het huis uit te gaan en mogelijkheden tegen te komen voor een praatje. Praatjes houden de mensen bij elkaar, de dorpsgemeenschap levend en de inwoners gezonder.

Nederlands brood is ook de dag erna nog prima te eten, en als je niet te kieskeurig bent ook nog de dag daarna. De noodzaak om elke dag bij de bakker binnen te lopen is dan weg. Kwantitatief zou dat niet uit hoeven maken voor de omzet van de broodzaakjes, ware het niet dat we vaak net zo gemakkelijk genoegen nemen met een fabrieksbrood uit de supermarkt en daar kun je bovendien altijd pinnen. Gemak dient de mens.

Johans tante maakt zich zorgen over de efficiëntie die tegenwoordig zo allesbepalend is en ik pieker met haar mee. Doelmatigheid is een dodelijke vijand van kleine winkeltjes in dunbevolkte gebieden en dus ook van de leefbaarheid. Doelmatigheid is een goede vriend van eenzaamheid.

Binnen de Sociaal Domeindiscussies  komt eenzaamheid en leefbaarheid veelvuldig ter sprake, maar ik hoor alleen maar kunstmatige manieren om dat op te lossen. Men bedenkt dingen die eenzaamheid verminderen, plekken waar mensen terecht kunnen om hun alleen zijn tegen te gaan. Hoeskamers bijvoorbeeld.

De huiskamer is het centrale stukje huis. Je komt er omdat je iets wil, warmte bijvoorbeeld of televisie en dan tref je daar anderen die dat ook zoeken. Maar sinds de centrale verwarming en de computer is de huiskamer aan het veranderen. De keukentafel wint terrein als sociaal middelpunt. Je eet er, kunt er huiswerk maken, je zegeltjes opplakken, koffie drinken met wie er op dat moment is of lekker alleen bij en krantje. Vanwege die sociale knusheid is er voor termen als Hoeskamer en Keukentafelgesprek gekozen, maar is er gekeken naar hoe het komt dat deze dingen werken zoals ze werken.

Ik mis in al die mooie ideeën de psychologie van de samenleving. Wat brengt mensen in beweging, waarom gaan ze ergens heen? Hoe doen ze dat? Wat is er nodig in het dagelijks leven en hoe zorgen we ervoor dat er nuttige ontmoetingsplaatsen blijven? Dat hoeft geen bestaande behoefte te zijn, het kan best dat in een dorp van nu de bakker minder belangrijk is geworden, maar wat is dan het alternatief voor de bakker? En als de bakker echt moet blijven, waar moet die dan van leven?  

Waarom hebben we wel gemeenschapsgeld over voor kunstmatige zaken die ten goede moeten komen aan de samenleving, maar hebben we moeite met het ondersteunen van bestaande (of nieuwe) bedrijven die een sociale rol kunnen vervullen en dat zelfs vaak onbewust al doen. Wat willen we nu eigenlijk?








woensdag 12 augustus 2015

Boerenbelang

Het Noorden van Frankrijk is niet zo mooi. Vaak eindeloze akkers graan, maïs of zonnebloemen, maar vooral graan. Rijdend door de Somme realiseerde ik mij opeens dat dit landschap ook een monument is. De uitgestrektheid herinnert in zijn leegte aan de complete verwoesting van alle kleine landschapselementen tijdens de Eerste Wereldoorlog, toen de omgeving zo omgeploegd was dat bewoners in hun eigen gebied verdwaalden doordat alle natuurlijke herkenningspunten verdwenen waren. Op deze dodenakkers groeit nu koren met hier en daar een klaproos.

De landbouw vertelt zo over het verleden. Bij ons is dat ook het geval. Niet dat wij een strijd herdenken via het landschap, gelukkig niet, maar je ziet hoe er geleefd is. Hoe mensen hun land inrichtten om het te kunnen bewerken, om zichzelf te beschermen, hun vee binnen de gronden te houden en hun producten te vervoeren.

Tijden veranderen en stellen andere eisen aan het boerenbedrijf. Melk wordt te goedkoop om van te leven, akkers zijn te klein om alles eruit te halen wat erin zit met de technische mogelijkheden die er nu zijn. De boeren moeten iets, willen ze blijven bestaan.
Het meest voor de hand liggend is schaalvergroting, haagjes weg, weggetje omploegen, bosjes rooien, grotere akkers en weiden, hogere stallen en bredere toegangswegen voor al het landbouwmaterieel.
Dat zou de boeren kunnen redden. Maar wat redden we dan en ten koste van wie?

 Onze landschappelijke parel is voor een groot gedeelte te danken aan de boeren. Het uiterlijk van het land, dat zij in de loop der eeuwen gecreëerd hebben is op dit moment meer waard dan de opbrengst ervan. Beseffen zij het belang van wat zij hebben gemaakt en die waarde van hun werk? Beseffen wij het voldoende? Kunnen de boeren zelf ook de vruchten plukken van de schoonheid van hun bezit?


In onze gemeente zijn de Noorbeemden en het Hoogbos nu definitief aangewezen als Natura 2000-gebied, net als het Savelsbos, de Bemelerberg en een berg die ik niet kende, de Schiepersberg .

Er is nog geen definitief beleidsplan voor deze gebieden, dus als een wethouder dwars wil liggen moet hij dat nu doen. Onze wethouder van landbouw protesteert dus. Hij voorziet problemen omdat hun richtlijnen hinderlijk kunnen worden voor de expansiebehoefte van boeren. Economisch en financieel misschien een logische gedachte, maar zeker geen blijk van innovatief denken, want groei zien als de oplossing van alle problemen is niet meer van deze tijd. En zeker nu de landbouw niet meer de belangrijkste pijler is onder onze plaatselijke economie.

Bijschrift toevoegen
Wat hebben wij over voor het behoud van wat waardevol is in onze omgeving?  Zouden we de boeren een basisinkomen gunnen wanneer we hen niet toestaan om uit te breiden ten koste van het landschap? Hun bedrijven zoals ze nu zijn moeten dan de extra inkomsten opleveren om hun kinderen bij clubjes in te schrijven en later te laten studeren, auto te rijden, een keer op vakantie te gaan, zo nu en dan geld te besteden aan een uitje, nieuwe kleren en als dat nodig is aan een ander bankstel. Afijn wat je zoals doet als je gewoon iets te besteden hebt.

  Ik zou daar op zijn minst over na willen denken.
 
Meer informatie over Natura 2000 

dinsdag 4 augustus 2015

Fietsend in Normandië

Ook in Normandië is een fietsende vrouw in haar eentje een beetje bijzonder. Tenminste op weggetjes die de huidige burgemeester van Onderbanken als sociaal vreselijk onveilig zou bestempelen. Nou ja, daar buiten ook wel eigenlijk. Waarschijnlijk werd ik daarom vrijwel door iedereen die ik tegenkwam glimlachend begroet. Nu ben ik de sociaal-onveilige leeftijd ruim voorbij en het helpt vast, dat ik van dit fietsen enorm ga grijnzen.

Je ziet er bijna geen elektrische fietsen. Normandië kan toeristisch nog groeien. Ik koos enkele fietsroutes die in de naaste omgeving van onze logeerplek lopen. De bewegwijzering was niet slecht, maar vertrouwde bij tijden iets meer op het richtingsgevoel en het verstand van de fietser dan in mijn geval handig is. Vooral omdat het kaartje bij de route nauwelijks details gaf die correspondeerden met de informatie op de wegwijzers die ik tegenkwam. Gelukkig heb ik Google Maps op mijn telefoon en een Franse mond, dus alles was onder controle.

Ik ben geen avonturier, zonder route kan ik niet genieten. Geef mij paaltjes of pijltjes en ik ben een gelukkig mens. Maar dan verwacht ik wel dat die weg mij op paden brengt waar ik anders niet gekomen was. Dat deed deze route, maar meer ook niet. Ik miste dat ik geen zicht had op de omgeving. Fietsknooppunten zouden het hier goed doen.

Tijdens het fietsen veel aan Franklin Boon gedacht. Ze hebben hier namelijk een enorme voorliefde voor golfplaten. Misschien uit geldgebrek. Golfplaten zijn niet duur, snel gelegd, gemakkelijk op maat te maken, gaan lang mee en bij voldoende roest lijkt het op afstand bijna hout. Het boerenbouwbeleid oogt hier hetzelfde als bij ons, met dat verschil dat er in dit gebied veel meer schoonheid is om deze nonchalante lelijkheid te compenseren.

schuurtje met golfplatendak


op maat geknipt

oud schuurtje nieuw dak...

...en een stuk erbij gebouwd

bewoond huis